Beleids- en administratieve wijzigingen, tijdlijn
Beleids- en administratieve wijzigingen in de langdurige zorg zijn van invloed op de cijfers die op de MLZ verschijnen. Dat komt onder andere omdat beleidswijzigingen leiden tot administratieve wijzigingen in de brondata. Hierdoor kan bijvoorbeeld een trendbreuk in de cijfers op de MLZ ontstaan. Hieronder vind u een overzicht van de belangrijkste wijzigingen vanaf 2015 die betrekking hebben op de langdurige zorg.
Wijzigingen langdurige zorg vanaf 2015
-
2015-heden
-
- De Hervorming Langdurige Zorg (HLZ) heeft per 1 januari 2015 tot verschillende wetswijzigingen geleid. Vanwege de stelselwijzigingen in de langdurige zorg verschilt de opzet van de statistiek vanaf 2015 van de opzet van voor 2015.
- De Algemene wet Bijzondere ziektekosten (AWBZ) houdt op te bestaan;
- De Wet langdurige zorg (Wlz) is er voor personen die blijvend 24 uur per dag zorg in de nabijheid en/of permanent toezicht nodig hebben;
- De subsidieregeling ADL is een subsidieregeling binnen de Wlz voor hulp bij algemene dagelijkse levensverrichtingen;
- Ondersteuning bij zelfredzaamheid, beschermd wonen en opvang worden gefinancierd vanuit de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 (Wmo2015), deze vervangt de Wmo;
- Verpleging en verzorging (wijkverpleging) en behandeling bij zintuiglijk gehandicapten wordt gefinancierd vanuit de Zorgverzekeringswet (Zvw);
- Jeugdhulp voor kinderen en jongeren onder de 18 jaar wordt gefinancierd vanuit de Jeugdwet;
- Daarnaast zijn er een aantal tijdelijke regelingen die overgangsrecht van AWBZ naar Wlz regelen:
- De Wlz-subsidieregeling eerstelijnsverblijf (tijdelijk van 2015-2016)
- De Wlz-subsidieregeling extramurale behandeling (tijdelijk van 2015-2019);
- Personen met een AWBZ-indicatie voor zorg zonder verblijf, die vermoedelijk vanaf 2015 in aanmerking zouden komen voor Wlz-zorg worden Wlz-indiceerbaren genoemd. Zij konden van 1 januari 2015 tot 1 juli 2017 aanspraak blijven maken op de zorg die zij vóór 2015 kregen uit de AWBZ. Dit betreft personen met éen of meer van de volgende kenmerken:
- Meer dan 18 dagdelen zorg per week.
- Intensieve kindzorg bij meervoudig complexe beperking.
- Minimaal 8 dagdelen behandeling groep (grondslag verstandelijke handicap).
- Kortdurend verblijf.
- Individuele zorg van 25 uur of meer per week (grondslag lichamelijke handicap).
- Individueel verpleegkundig toezicht thuisbeademing.
- Voor 1 juli 2017 zou een herindicatie moeten uitwijzen op welke Wlz-zorg zij daarna aanspraak konden maken.
- De Hervorming Langdurige Zorg (HLZ) heeft per 1 januari 2015 tot verschillende wetswijzigingen geleid. Vanwege de stelselwijzigingen in de langdurige zorg verschilt de opzet van de statistiek vanaf 2015 van de opzet van voor 2015.
-
- Vanaf 2016 wordt binnen de wijkverpleging een groot deel van de zorg geregistreerd op ‘Wijkverpleging op integraal tarief’. Dit is een prestatie waarbij persoonlijke verzorging en verpleging op een integraal tarief wordt gedeclareerd en het onderscheid tussen beide zorgvormen wordt losgelaten. Dit beperkt de mogelijkheid om de persoonlijke verzorging en verpleging afzonderlijk met de tijd op te volgen. Vanaf 2016 wordt ‘Wijkverpleging op integraal tarief’ als aparte uitsplitsing in de cijfers over wijkverpleging opgenomen, naast verpleging, persoonlijke verzorging en overige wijkverpleging.
-
- Vanaf 1 januari 2017 is de zorg en opvang voor personen die vanwege medische redenen tijdelijk niet thuis kunnen wonen ondergebracht bij de Zorgverzekeringswet.
- Van 1 januari 2015 tot 1 januari 2017 was deze zorg ondergebracht bij de tijdelijke Wlz-subsidieregeling eerstelijnsverblijf (ELV).
- Voor de Wlz-indiceerbaren liep op 1 juli 2017 het in de Wlz getroffen overgangsrecht af. In 2016 heeft het CIZ beoordeeld wie van deze zogenaamde Wlz-indiceerbaren voldoet aan de criteria van de Wlz. Voor de mensen die daar niet aan voldoen, is de Wlz-zorg op 1 juli 2017 gestopt. Vanaf dat moment ontvangen zij zorg via de gemeente (op basis van de Wmo2015 en/of de Jeugdwet) en/of de Zorgverzekeringswet.
-
- Met ingang van 1 juli 2018 is de regeling Extra kosten thuis (EKT) verruimd van specifieke groepen naar alle cliënten die Wlz-zorg thuis ontvangen met een mpt en/of pgb.
-
- Start invoering Wmo Abonnementstarief: Wijziging van Wmo eigen bijdrage ondersteuning thuis naar Wmo-abonnementstarief. De gefactureerde eigen bijdrage voor Wmo ondersteuning thuis wordt door het CAK vastgesteld voor de leefeenheid. Van 2015 tot en met 2018 werd de eigen bijdrage bepaald per zorgperiode (4 weken), waarbij rekening werd gehouden met de leefeenheidsamenstelling, de leeftijd van de leefeenheid en het bijdrageplichtig inkomen. In 2019 geldt voor gebruik van Wmo ondersteuning thuis (maatwerkvoorzieningen) een abonnementstarief van €17,50 per zorgperiode (4 weken). Dit bedrag geldt ongeacht het bijdrageplichtig inkomen en de soort of hoeveelheid ondersteuning.
-
- Vervolg invoering Wmo Abonnementstarief: Vanaf 2020 geldt voor Wmo ondersteuning het abonnementstarief van €19,00 per kalendermaand. Dit bedrag geldt ongeacht het bijdrageplichtig inkomen en de soort of hoeveelheid ondersteuning.
- Vanaf 2020 geldt het Wmo-abonnementstarief voor Wmo ondersteuning zowel voor maatwerkvoorzieningen als ook voor algemene voorzieningen waarbij sprake is van een duurzame hulpverleningsrelatie.
- In verband met de invoering van het Wmo-abonnementstarief is het CAK in 2020 overgegaan op een nieuw registratiesysteem voor Wmo-maatwerkvoorzieningen (exclusief verblijf en opvang) waarbij zorggegevens door gemeenten aan het CAK worden aangeleverd. Tot 2020 werden de zorggegevens aangeleverd door zorgaanbieders. Tot 2020 kwam het voor dat wanneer er sprake was van een gemeentelijke vrijstelling voor het betalen van een eigen bijdrage voor Wmo-ondersteuning, het zorggebruik van de desbetreffende Wmo-cliënt werd ingetrokken en niet zichtbaar was in de registerdata. Vanaf 2020 is dit zorggebruik wel zichtbaar in de registerdata.
- Per 1 januari 2020 valt de geneeskundige zorg specifieke patiëntengroepen door de specialist oudergeneeskunde en de arts verstandelijk gehandicapten onder de Zorgverzekeringswet. Deze zorg werd tot 2020 gefinancierd vanuit een tijdelijke subsidieregeling voor extramurale behandeling onder de Wet Langdurige Zorg. Het betreft zorg aan kwetsbare groepen, zoals ouderen met multiproblematiek, mensen met progressieve, degeneratieve neurologische aandoeningen, mensen met niet aangeboren hersenletsel en mensen met een verstandelijke beperking. Het betreft zorg aan mensen die geen Wlz-indicatie hebben en die daar ook (nog) niet voor in aanmerking komen.
- Vanaf 1 januari 2020 is het mogelijk bij de Wlz-zorg om van een combinatie van verblijf met mpt en/of pgb gebruik te maken. Dit heet deeltijdverblijf. Deeltijdverblijf is een combinatie van in een instelling wonen en thuis wonen. Het is geen aparte leveringsvorm. Cliënten verblijven per 14 dagen gemiddeld 7, 8 of 9 dagen in een instelling.
- Vervolg invoering Wmo Abonnementstarief: Vanaf 2020 geldt voor Wmo ondersteuning het abonnementstarief van €19,00 per kalendermaand. Dit bedrag geldt ongeacht het bijdrageplichtig inkomen en de soort of hoeveelheid ondersteuning.
-
- Met de Hervorming van de Langdurige Zorg in 2015 is de Wet langdurige zorg (Wlz) wat betreft psychische stoornissen in eerste instantie alleen toegankelijk gemaakt voor cliënten met voortgezet verblijf volgend op 3 jaar verblijf ten laste van de Zorgverzekeringswet. Vanaf 1 januari 2021 kunnen hiernaast cliënten met een psychische stoornis die een blijvende behoefte hebben aan permanent toezicht of 24 uur per dag zorg in de nabijheid een beroep doen op Wlz-zorg.
- Vanaf 1 januari 2021 wordt binnen de Wlz gewerkt met een nieuwe indeling in wachtstatussen:
- Urgent plaatsen
- Actief plaatsen
- Wacht op voorkeur
- Wacht uit voorzorg
- wachtstatussen 'urgent plaatsen' en 'actief plaatsen' komen in de plaats van 'actief wachtend'. ‘Wacht op voorkeur’ is de opvolger van de oude wachtstatus ‘niet actief wachtend’. De status 'wacht uit voorzorg' betreft de oude status 'Niet wachtend', deze status maakt net als voorheen geen onderdeel uit van de wachtlijstrapportages.
-
- Op 1 oktober 2022 trad de berichtenstandaard iEb2.0 in werking. Gemeenten hebben toen al hun lopende BW-burgers opnieuw moeten aanmelden, dit heeft geleid vooral geleid tot veel nieuwe berichten.
- Met ingang van 1 juli 2022 is het WOZO-akkoord goedgekeurd. Hier in staat het scheiden van wonen en zorg centraal, waardoor VV4 vaker buiten het verpleeghuis wordt geleverd. Dit heeft gezorgd voor een stagnatie van het aantal verpleeghuisplaatsen.
-
- Vanaf 1 januari 2023 verandert voor klanten met vermogen de berekening van de eigen bijdrage voor Wlz-zorg en beschermd wonen Wmo. Het heffingsvrij vermogen maakt plaats voor het toetsbedrag voor vermogen. Hierdoor blijft de eigen bijdrage in 2023 ongeveer hetzelfde als in 2022
- De Beleidsregel prestatiebeschrijvingen en tarieven modulaire zorg is meer gelijkgetrokken aan de regelgeving verpleging en verzorging (Zvw). Er was sprake van verschillen in de regelgeving, terwijl in de praktijk vaak dezelfde zorg wordt geleverd.
-